Voor 20 januari staat de inbreng van het schriftelijk overleg wapenexportbeleid gepland. Het beleid ten aanzien van de import en export van dual-use en militaire goederen heeft een grote impact op de (internationale) veiligheid, innovatie en werkgelegenheid in Nederland.

De Defensiesector is in grote mate afhankelijk van haar export naar onze bondgenoten en bevriende overheden. De sector typeert zich door de hoogtechnologische en specialistische producten en diensten die het levert aan overheden en internationale Original Equipment Manufacturers (OEM’s). Nederland is echter een relatief kleine afzetmarkt.  De industrie is voor haar voortbestaan daarom voor een groot gedeelte afhankelijk van buitenlandse opdrachtgevers. De defensie- en veiligheidsindustrie levert hiermee 20.000 banen op waarbij 180.000 banen indirect. Daarnaast is 32% van de banen gericht op R&D wat leidt tot veel kennisontwikkeling en productinnovaties. Dat leidt weer tot nieuwe economische activiteiten voor zowel de militaire als civiele sector. [2]

Noodzaak regulering export

De Nederlandse defensiesector erkent en onderschrijft de noodzaak van effectieve en doelmatige regulering van deze handel. Het gaat namelijk over bijzondere goederen waarmee bondgenoten hun grondwettelijke taken kunnen uitvoeren, maar welke in de verkeerde handen grote nadelige effecten kunnen hebben. Binnen de NIDV is trade compliance en informatievoorziening over exportwet- en regelgeving daarom een belangrijk onderwerp waarvoor o.a. een platform in het leven is geroepen om de sector te informeren en ondersteunen. Het is belangrijk om genuanceerd over het wapenexportbeleid te blijven spreken en de verschillen tussen goederen mee te nemen in de verlening van vergunningen. Het is goed dat deze nuance is terug te zien in verschillende vergunningen die in 2019 en 2020 zijn afgegeven. De Defensiesector neemt haar verantwoordelijkheden serieus en zet zich in voor een constructieve en open dialoog.

Grote verschillen in Europese Standpunt

Een van de centrale problemen waar de sector onder lijdt is de restrictieve uitleg van het Gemeenschappelijke Standpunt Inzake Wapenexport, die tot de meest restrictieve van de EU behoort.[3] Ondanks dat de spelregels op papier gelijk zouden zijn voor alle lidstaten, ervaart de Nederlandse Defensiesector grote verschillen in exportmogelijkheden tussen de verschillende lidstaten van de EU. Dit leidt in de praktijk vaak tot frustratie, gemiste kansen en verlies bij de Nederlandse Defensiesector.

Verschillende opdrachtgevers gaan liever naar bedrijven in andere Europese landen omdat het risico van weigering van een exportvergunning daar lager is. Ook drukt het huidige beleid bij meerdere Nederlandse bedrijven negatief op de status als ‘preferred supplier’ binnen Europese en internationale samenwerkingsprojecten omdat zij vaak geen garanties kunnen geven dat zij kunnen leveren voor toekomstige opdrachten.

De NIDV is een voorstander van een vergelijkend onderzoek door de overheid waarin onderzocht wordt of opdrachten die niet vanuit Nederland geleverd mochten worden alsnog wel door andere EU- landen geleverd zijn, al dan niet in aangepaste vorm door een concurrent.

Europees Defensiefonds

Voor de Nederlandse Defensiesector is het goed nieuws dat het ministerie voor een EDIDP-project een vergunning heeft verleend aan een NL deelnemer voor het delen van informatie met Europese consortiumpartners. Daarbij zijn inmiddels verschillende Nederlandse kennisinstellingen en bedrijven betrokken. Ook het voornemen van het ministerie is behulpzaam om een algemene vergunning te verstrekken in het kader van projecten van het Europees Defensiefonds als NL bedrijven aansluiten bij een consortium geleid in een andere lidstaat, maar zorgelijk blijft als Nederlandse bedrijven een leidende rol krijgen in EDF-consortia. Daarover is nog geen duidelijkheid. Bedrijven uit andere Lidstaten zullen weinig enthousiasme vertonen om hieraan deel te nemen als de exportmogelijkheden worden beheerst door het restrictieve Nederlandse beleid. Omdat export naar niet-EU landen van kennis en productie die op basis van het EDF tot stand komen noodzakelijk is voor een Europese defensiesector, zou de NIDV hierin graag een oplossing voor zien.

Conclusie

Een sterke Defensiesector in Nederland draagt direct bij aan de Nederlandse en internationale veiligheid. De sector is bijzonder innovatief en biedt hoogwaardige arbeidsplaatsen in heel Nederland. Ook voor de toekomst is de sector essentieel, om als onderdeel van de veiligheidsketen, Nederland te voorzien van de juiste middelen en technologie. Om een Nationale Defensiesector te behouden zijn exportkansen essentieel. De NIDV blijft zich dan ook inzetten voor een open en genuanceerde discussie.

[1] Triarii 2016

[2] Rapport Het Nederlandse wapenexportbeleid in 2017.

[3] 2008/944/GBVB

Laatste nieuws